Een groeiende trend
De belangstelling voor wildplukken neemt flink toe. Steeds meer mensen trekken eropuit met manden en scharen om bramen, paddenstoelen, kruiden en andere eetbare schatten uit de natuur te verzamelen. Kookcursussen met wilde planten zijn binnen no-time volgeboekt, en op sociale media verschijnen talloze foto’s van verse bosvondsten.
Deze populariteit heeft echter ook een keerzijde. Boswachters constateren dat de voedselrijkdom in bossen steeds vaker niet gerespecteerd wordt. Als er te veel geplukt wordt, betaalt de natuur de prijs. Ook plukkers riskeren boetes, die op sommige plekken van honderden tot duizenden euro’s kunnen oplopen.
In dit artikel bespreken we wat wildplukken is, welke wettelijke regels er zijn en op welke gezondheidsrisico’s je zeker moet letten. Je moet natuurlijk precies weten wat je plukt, om vergiftiging te voorkomen.
Wat zegt de wet over wildplukken?
Verboden of gedoogd?
In Nederland en België is wildplukken officieel verboden en valt het juridisch onder ‘stroperij’ – tenzij lokaal anders vermeld. Je bevindt je immers niet op je eigen terrein, maar op grond van de overheid of een particulier. Plukken zonder toestemming wordt beschouwd als diefstal van andermans goederen. In de praktijk wordt kleinschalig plukken voor eigen gebruik vaak door de vingers gezien, maar er zijn wel degelijk grenzen.
Dit moet je weten over wildplukken
- Er bestaan strengere regels of beperkingen voor plukken in natuurgebieden en beschermde zones in België.
- Sommige plantensoorten zijn wettelijk beschermd; het is verboden om die te plukken, verplanten, beschadigen of vernielen.
- In Vlaanderen geldt de algemene zorgplicht en natuurwetgeving: je moet rekening houden met gebiedsgerichte beschermingen en vergunningen.
Hoeveel mag je meenemen?
Het Nederlandse Staatsbosbeheer hanteert als uitgangspunt een hoeveelheid van ongeveer 250 gram – het formaat van een champignonbakje uit de supermarkt. Deze regel geldt zowel voor bramen als voor paddenstoelen. Alles daarboven wordt gezien als grootschalig of commercieel plukken en kan beschouwd worden als diefstal en beschadiging van het terrein.
De boetes kunnen flink oplopen. Bij overtredingen riskeer je een bekeuringen vanaf 120 euro tot maximaal 4.100 euro, plus mogelijk een rechtszaak. Recent werd in gemeente Heuvelrug bij een actie meer dan 35 kilo paddenstoelen in beslag genomen. Enkele plukkers hadden zelfs 3,5 kilo vliegenzwammen verzameld – een hallucinogene paddenstoel die als drugs gezien worden onder de Nederlandse Opiumwet.
Waar mag je absoluut niet plukken?
In beschermde natuurgebieden is wildplukken volledig verboden. Organisaties zoals Natuurmonumenten staan geen enkele vorm van wildpluk toe in hun gebieden. Ook bij Staatsbosbeheer zijn er diverse gebieden waar plukken niet is toegestaan. Check dus altijd vooraf bij de terreineigenaar of beheerder wat de regels zijn.
Private terreinen zijn uiteraard ook verboden terrein, tenzij je uitdrukkelijke toestemming hebt van de eigenaar.

Waar moet je op letten voor je veiligheid?
Vervuiling en bestrijdingsmiddelen
Let goed op waar je plukt. Planten langs drukke wegen zijn vaak vervuild door uitlaatgassen. In de buurt van akkers, vooral aardappel- en maisvelden, worden forse hoeveelheden pesticiden gebruikt die ook terechtkomen op wilde planten in de berm. Ironisch genoeg is plukken in de stad vaak veiliger dan op het platteland.
Check ook of er sprake is van historische bodemverontreiniging met zware metalen. Oude vuilnisbelten of industrieterreinen lijken misschien groen en natuurlijk, maar de bodem kan zwaar vervuild zijn.
Honden en andere dieren
Gebieden waar veel honden worden uitgelaten zijn geen geschikte pluklocaties. Hondenpoep en urine kunnen niet alleen onaangenaam zijn, maar ook parasieten en bacteriën bevatten. Ook hier geldt: pluk minimaal op 80 centimeter hoogte vanaf de grond.
🦊 Let op de vossenlintworm
De kans dat je het meemaakt is klein, maar je kan besmet raken door de vossenlintworm als je eitjes binnenkrijgt vanuit vossen die besmet geraakt zijn door de vossenlintworm. Let daarom op met wildplukken op lage hoogte. De vossenlintworm kan bij mensen ernstige leveraantasting veroorzaken.
Wat mag je uit de natuur eten?
Veilige keuzes voor beginners
Bramen
Bramen of braambessen zijn veruit het meest geplukt. Deze donkere vruchten groeien aan woekerende struiken met stekels en zijn moeilijk te verwarren met andere soorten. Ze zijn rijk aan antioxidanten, vitamine C en K. Pluk ze in augustus tot oktober, maar pas op voor de stekels en wespen die ook gek zijn op bramen.

Brandnetel
Een andere betrouwbare keuze, hoewel de naam weinig uitnodigend klinkt. Jonge bladeren en toppen zijn boordevol vitaminen en mineralen – ijzer, vitamine A, C, calcium en nog veel meer. Pluk alleen de bovenste 6-8 bladeren, want die zijn het jongst en het meest voedzaam. Door koken of drogen worden de brandharen onschadelijk. Gebruik ze in soep, als thee, of bereid ze zoals spinazie.
📍Tip: draag beschermende handschoenen tijdens het plukken. Als je geen handschoenen hebt, kun je de stengel van onderaf vastpakken en de toppen eraf trekken, omdat de haartjes schuin omhoog groeien.

Hazelnoten
Deze noten groeien aan de hazelaar, een grote struik die je vooral vindt aan bosranden en in heggen. De hazelnoten zijn herkenbaar aan hun lichtbruine kleur en het groene ‘jasje’ eromheen. Ze zijn rijp van september tot oktober.

Tamme kastanjes
Eetbaar, in tegenstelling tot paardenkastanjes. Je herkent ze aan hun stekelige schil. Rooster of kook ze voor gebruik. Ze zijn lekker in soep of als simpele snack.

Vlierbes
Deze bes aan de vlierstruik, die je herkent aan zijn witte bloemen in het voorjaar. Vlierbessen zijn geschikt voor siroop en sap, maar mogen nooit rauw gegeten worden – ze zijn giftig als ze niet gekookt zijn. Eet alleen volledig rijpe, dieppaarse tot zwarte bessen en verwijder de steeltjes en pitten – ontdek hier een aantal recepten.

Veelzijdige wilde planten
Zevenblad
Het wordt door veel tuiniers gezien als woekerende onkruid, maar is prima eetbaar. De smaak doet denken aan peterselie. De naam komt van de onderste bladeren die samengesteld zijn uit zeven deelblaadjes. Gebruik zevenblad in salade, pesto of als kruiden bij verschillende gerechten.

Weegbree
Deze plant vind je vaak in grasvelden. Jong blad kan rauw door salades, oudere bladeren zijn taaier maar nog steeds bruikbaar. Een handig bijkomend voordeel: gekneusde weegbreeblaadjes helpen tegen brandneteljeuk.

Daslook
Daslook bloeit in het voorjaar met opvallende witte bloemen. De smaak is vergelijkbaar met knoflook, maar milder. Je vindt het vooral in vochtige loofbossen, vaak in groepen.

Madeliefjes
Deze bloemen zijn niet alleen decoratief, maar ook eetbaar. De gesloten bloemknoppen kun je inmaken als vervanger van kappertjes. De madeliefjes zelf zijn iets bitter maar geschikt voor salades.

Paddenstoelen: kennis is levensnoodzakelijk
De risico’s van paddenstoelen plukken
Paddenstoelen zijn zonder twijfel het meest risicovolle onderdeel van wildplukken. Er bestaan ongeveer 400 soorten in Nederland en België, en veel giftige varianten lijken bedrieglijk veel op eetbare soorten. Er bestaan verschillende apps en websites waar je vindt welke paddenstoelen veilig eetbaar zijn en welke niet. AI-apps zijn helaas nog niet volledig betrouwbaar – daarom raden we aan om een gespecialiseerde website of een boek te gebruiken.
Het Wildplukboek voor paddenstoelen
De magie van paddenstoelen en hoe ze te plukken
- Kom alles te weten over de ca. 35 meest voorkomende soorten
- Leer het verschil tussen giftige en eetbare paddenstoelen
- Met verhalen en een overzicht van de inhoudsstoffen
Helemaal in lijn met het populaire wildplukverhaal komen nu ook paddenstoelen volop in de picture te staan. Ze zijn alomtegenwoordig in onze natuur, maar we weten er te weinig van om ze ook nog eens te plukken en op te eten.
Praktische do’s voor verantwoord wildplukken
Respect voor de natuur
Het belangrijkste principe bij wildplukken is respect. De natuur is in de eerste plaats een voorraadschuur voor dieren. Pluk je alle bramen weg, dan hebben vogels niets meer te eten. Neem je alle paddenstoelen mee, dan keren ze volgend jaar mogelijk niet terug op die locatie, en dan hebben eekhoorns, muizen en kevers een probleem.
Handhaving is op zijn plaats. Boswachters zien te vaak mensen met emmers vol voedsel het bos verlaten. In een klein land als Nederland kunnen we dat ecosysteem eenvoudigweg niet aan.
De elfjesregel en andere richtlijnen
Gebruik de “elfjesregel”: pluk maximaal één op de elf planten of bloemen. Eén voor jou, tien voor andere levende wezens. Pluk alleen de toppen van planten, niet meer, zodat de plant kan blijven groeien.
Blijf op de paden. Ga niet door het struikgewas om bij die ene mooie paddenstoel te komen. Je vertrapt dan andere planten en verstoort de rust van wilde dieren.
Pluk bij voorkeur in de ochtend, dat is het minst belastend voor planten. Vermijd plukken in de volle zon – planten kunnen zich dan slecht herstellen.
Ken je planten
Pluk alleen wat je zéker kent. Bij twijfel: laat het staan. Er zijn genoeg boeken, maar let op: ook in veel boeken en op internet staat onjuiste informatie. Ga eens mee op een wildplukwandeling om onder begeleiding te leren welke soorten eetbaar zijn.
Pluk nooit beschermde plantensoorten. Vrij veel wilde planten zijn beschermd door wetgeving omdat ze schaars en kwetsbaar zijn. Van deze soorten mag je geen enkel onderdeel plukken.
📖 Leestip: in dit boek leer je alles over wildplukken
Het Wildplukboek
Wilde eetbare planten zijn fascinerend: je dwaalt door de bossen, neemt plantjes mee naar huis en kunt er heerlijke gerechten mee maken.
Ben Brumagne was met zijn bedrijf Forest To Plate een van de eersten in de Lage Landen om wildplukken op de kaart te zetten en zich heel grondig in de materie te verdiepen. Hij bundelt in dit boek niet alleen zijn plantenkennis, maar verrijkt het ook met prachtige verhalen, zijn eigen ervaringen en tal van heerlijke recepten.
Het perfecte boek voor wie de eetbare natuur beter wil leren kennen, maar ook voor doorwinterde wildplukkers.
Hygiëne en voorbereiding
Was altijd alles grondig wat je geplukt hebt, zelfs als je op grote hoogte hebt geplukt. Kook of verhit alles uit risicogebieden voor de vossenlintworm. Bewaar je vondsten in een luchtdoorlatende mand of tas, geen plastic zakken. Paddenstoelen en vruchten gaan snel rotten in plastic.
Alternatieven voor de beginnende verzamelaar
Je eigen tuin
De ideale plek om te beginnen met wildplukken is je eigen tuin. Hier heb je volledige controle over wat er gebeurt, of er is gespoten, en hoe de bodem erbij ligt. Laat stukken tuin verwilderen of plant zelf brandnetels, zevenblad, vlier en andere nuttige soorten.
Heb je geen tuin? Vraag familie of vrienden of je regelmatig bij hen mag plukken. Of kweek wilde planten in potten op je balkon.
Pluktuinen en biologische boerderijen
Steeds meer pluktuinen worden aangelegd waar je tegen betaling mag plukken. Hier weet je zeker dat het mag en dat de grond schoon is. Op biologische boerderijen kun je vaak ook terecht, en daar weet je dat er geen pesticiden zijn gebruikt.
In Nederland plukken
Woon je in België en wil je toch wildplukken in bossen? Ga dan naar Nederland, waar Staatsbosbeheer het vullen van één champignonbakje (250 gram) gedoogt. Let wel: alleen niet-beschermde soorten, en enkel voor eigen gebruik.
Wat te doen bij vergiftiging?
Vermoed je dat je of iemand anders een giftige paddenstoel of plant heeft gegeten? Bel dan direct het spoednummer van je huisarts (in Nederland) of het Antigifcentrum op nummer 070 245 245 (in België).
Neem de paddenstoelen of planten mee die zijn klaargemaakt, of maak foto’s ervan. Dit helpt bij het identificeren van de oorzaak en de juiste behandeling. Wacht niet tot symptomen zich voordoen – bij sommige vergiftigingen kan snelheid het verschil maken tussen leven en dood.
Conclusie
Wildplukken kan een verrijkende bezigheid zijn die je dichter bij de natuur brengt en je bewuster maakt van wat er in de seizoenen groeit. Maar het vraagt kennis, respect en voorzichtigheid. Pluk kleinschalig, alleen wat je zeker kent, en alleen op plekken waar het mag. Laat altijd voldoende over voor de dieren die van deze voedselrijkdom afhankelijk zijn. En besef dat de natuur geen supermarkt is waar je onbeperkt kunt rondsnijden – in een dichtbevolkt land met weinig natuur moeten we zuinig zijn op wat er nog is.